In mijn werk probeer ik uitdrukking te geven aan mijn continuë verwondering over de mens, het mens-zijn, het (innerlijk) lichaam met zijn wonderlijke vormen, emoties, de relatie van de mens met zichzelf, anderen en de natuur.
Terugkerende thema’s zijn vruchtbaarheid, groei (in de ruime zin van het woord) en cycli van het leven.
Ik ben geboeid door het subtiele spel tussen lichaam en geest (inhoud en vorm) en de verwevenheid tussen beide, waarin vaak kwetsbaarheid zichtbaar wordt. Dit tracht ik te onderzoeken, op te zoeken en weer te geven in mijn werk.
Mijn streven is het om daarbij eenvoudige middelen te gebruiken en een helder beeld te creëren, dat bij nader inzien vaak toch een gelaagdheid in zich draagt. Soms is daarbij het aangename en onaangename verenigd. Het is aan de kijker welke kant hij wil zien.
Het kleurgebruik hou ik beperkt omdat dit, naar mijn idee, teveel zou afleiden.
De lijnvoering, die nu eens openheid, dan weer geslotenheid creëert, is belangrijk.
Borduren speelt daarbij een belangrijke rol: om accenten aan te brengen en een letterlijke gelaagdheid te bewerkstelligen. Maar ook omdat ik er van hou om op een geconcentreerde, monnikachtige wijze te werken. Bovendien is het werken met draad ook metaforisch voor het aanleggen, het aaneenrijgen van de levensdraad.
Sinds 2007 is het vilten (zowel nat als droog en/of een combinatie van beiden) van merino (schapen) wol op mijn pad gekomen. Ik laat me hierbij inspireren door vormen die verwantschap hebben met het lichaam en de natuur. Tastend en “knedend” in de wol, volg ik mijn intuïtie en langzaam, wordt er een nieuwe vorm zichtbaar. Er is als het ware een synthese ontstaan met weliswaar herkenbare elementen in zich, maar niet eenduidig te benoemen.
Astrid Polman